Wat Darwin nog niet wist
De vier zaken die Darwin nog niet wist.
1. Het bestaan van DNA in Chromosomen:
In een celkern zitten chromosomen, 23 paar. Je erft ze van je ouders. In elke chormosoom is DNA opgeslagen. Het DNA bezit informatie over bijvoorbeeld je uiterlijk. Je DNA bepaald dus hoe je er uit ziet.
Darwin had gelijk over het feit dat wij dingen erfen van onze ouders, maar hij wist nog niet dat dit kwam door het DNA en daarmee dus ook de chromosomen. Dit is dan ook veel later ontdekt.
2. Bestaan verschillen individuen:
Darwin dacht dat alle dieren van dezelfde soort, dezelfde eigenschappen hadden. Deze eigenschappen waren niet verschillend van elkaar. Door de ontdekken van de mutatie kwam men erachter dat er wel verschillen kunnen ontstaan in dieren van dezelfde soort. Mutaties zijn veranderingen in het erfelijk materiaal (DNA of RNA) van een organisme. Dit werkt zo; om een eiwit te maken moet je eerst DNA uit elkaar halen, waterstofbruggen worden dan uit elkaar gehaald. Een deel van het DNA wordt uiteindelijk gekopieerd tot RNA. DNA is opgebouwd uit een A, C, G en een T. Deze T verandert uiteindelijk in een U. Als alles gekopieerd is laat het weer los en gaan de cellen uit elkaar. Het RNA gaat naar de ribosomen, die lezen steeds 3 stukjes af. Bijvoorbeeld AGC die bepaald dan welk eiwit dit is. Dit heet een condon. Als deze 3 letters veranderen in GGC dan ontstaat er een ander eiwit. Dit heet een mutatie.
Darwin wist hier nog niets vanaf, dus individuen hoeven niet allemaal hetzelfde te zijn.
3. Het ontstaan van de mensheid:
Dawrin heeft ons een theorie nagelaten over hoe de dieren die zich het meest konden aanpassen het overleven en dieren die dit het minst goed konden uitsterven en er zo ook weer nieuw soorten kunnen ontstaan. Hij verteld niets over het begin, de schepping dus. Zoals creationisten zouden zeggen is dit door God gedaan. Heel veel andere mensen geloven weer in de oerknaltheorie, maar we zijn er nog steeds niet precies uit hoe wij nou allemaal op de aarde zijn gekomen.
4. Verschillend DNA tussen soorten:
Darwin geloofde dat er voor alle soorten 1 voorouder was. Dit kwam ook uit zijn onderzoek. Hij dacht dat de verschillende vogels van de eilanden waarop hij was geweest 1 gemeenschappelijke voorouder hadden. Darwin vergelijkte dit met een boom, eigenlijk een soort stamboom. De stam als voorouder en de takken als soorten.De nieuwe soorten die ontstaan waren kwamen nooit meer bij elkaar, ze konden zich volgens Darwin niet meer onderling voortplanten.
In de loop der jaren zijn mensen erachter gekomen dat soorten wel DNA kunnen uitwisselen met ander soorten. Bijvoorbeeld een paard met een koe. Dit gebeurt natuurlijk niet zo snel, maar het kan wel. Een ander voorbeeld is een een Homo erectus (een voorloper van de huidige mens) en de neanderthalers samen gezonde nakomelingen konden krijgen. Soorten onderling wisselen dus gewoon DNA uit door middel van voortplanting. Dit kon Darwin niet weten.

Bronnen: